Gedroogde abrikozen moeten eerst weken omdat het gedroogd fruit is. Wanneer fruit gedroogd is, verliest het vocht en kan het hard worden. Door de abrikozen in water te weken, worden ze weer gehydrateerd en zachter, zodat ze gemakkelijker te eten zijn.
Een van de beste dingen aan gedroogde abrikozen is dat ze een gezond en handig tussendoortje zijn. Maar als je er ooit één uit de verpakking hebt proberen te eten, dan weet je dat ze nogal taai en kauwbaar kunnen zijn. Dat komt omdat abrikozen door het drogen veel van hun vocht onttrekken, waardoor ze veel minder buigzaam zijn. Door de gedroogde abrikozen in water te weken, drogen ze weer op en worden ze zachter en gemakkelijker te eten. Het helpt ook om wat van hun zoetheid en smaak terug te brengen. U kunt uw abrikozen al 30 minuten laten weken, of zelfs een hele nacht als u ze echt zacht wilt hebben.
Abrikozen bevatten een hoog gehalte aan tannines, waardoor ze onsmakelijk kunnen worden als ze droog worden gegeten. Tannines zijn een soort polyfenolen die zich aan eiwitten kunnen binden en complexen vormen die moeilijk te verteren zijn. Dit is een van de redenen waarom mensen zich vaak opgeblazen en winderig voelen na het eten van gedroogd fruit. Het weken van de abrikozen in water helpt de tannines uit te lekken, waardoor ze smakelijker en gemakkelijker te verteren zijn.
Om te rehydrateren. Abrikozen zijn gedroogd omdat het watergehalte is verwijderd, dus moeten ze worden geweekt om weer te hydrateren en vol te worden. Ze zijn ook een beetje zuur door het gebrek aan suiker, dus weken in wat warm water met een beetje honing of agavesiroop kan ook wat zoetigheid toevoegen.