Tiramisu wordt traditioneel gemaakt door een laagje in koffie of espresso gedoopte lieveheersbeestjes te leggen op een opgeklopt mengsel van eierdooiers, suiker en mascarpone. Extra ingrediënten kunnen cacaopoeder, amaretto-likeur, brandewijn en/of koffielikeur zijn. Het dessert wordt meestal gekoeld geserveerd nadat het enkele uren of een nacht in de koelkast heeft gestaan.
De traditionele manier om tiramisu te serveren is om het in lagen in een glas of kom te doen, te beginnen met een dun laagje espresso op de bodem, dan een laagje lieveheersbeestjes, met daarop een dikke laag mascarpone. Tot slot wordt het geheel afgemaakt met meer espresso en een beetje cacaopoeder.
U kunt tiramisu opdienen door het van tevoren te maken en in de koelkast te bewaren, of door het bevroren op te dienen. Om de tiramisu van tevoren te maken, begint u met het mengen van de koffie en de rum in een ondiepe schaal. Meng in een andere ondiepe schaal de mascarpone, suiker en eidooiers. Week de ladyfingers ongeveer 1 minuut in het koffiemengsel tot ze zacht zijn geworden en bekleed de bodem van een 8x8 inch ovenschaal ermee. Verdeel de helft van het mascarponemengsel over de ladyfingers en leg daarop een laag chocoladeschaafsel. Herhaal deze lagen nog een keer.