Hoe wordt mozzarella gemaakt? Om mozzarella te maken, moet je eerst beginnen met melk. Traditioneel wordt mozzarella gemaakt van buffelmelk, maar tegenwoordig is het gebruikelijker om koemelk te gebruiken. De melk wordt vervolgens gestremd en de wrongel wordt afgetapt. Vervolgens wordt de wrongel gekneed tot hij elastisch wordt en een glad deeg vormt. Daarna worden balletjes van het deeg gemaakt en in een pekeloplossing geweekt.
Mozzarella wordt gemaakt van koemelk die is gepasteuriseerd en vervolgens tot een hoge temperatuur is verhit, zodat de eiwitten (caseïne) zich tot klontjes vormen. Deze klonten worden vervolgens gezeefd, waardoor een vloeistof overblijft die wei wordt genoemd. De wei wordt vervolgens gemengd met stremsel, waardoor de caseïne nog grotere klonten vormt. De klonten worden vervolgens in kleine stukjes gesneden en geroerd tot ze beginnen op te lossen. Op dat moment begint de kaas zich te vormen en wordt hij uit het vat geschept en in vormen gedaan. Vervolgens laat men de kaas afkoelen en opstijven.
Mozzarella wordt gemaakt van melk, stremsel en zout. De melk wordt verhit en dan aangezuurd met citroensap of azijn tot een pH van ongeveer 5,2. Hierdoor coaguleren de melkeiwitten tot bolletjes. Vervolgens wordt stremsel toegevoegd en laat men het mengsel ongeveer een half uur opstijven. Vervolgens wordt de wrongel in kleine stukjes gesneden en ongeveer een kwartier zachtjes geroerd. Dan wordt de warmte opgevoerd tot 190 graden F (88 graden C) en wordt de mozzarella met de hand of in een machine gevormd.
Mozzarella wordt gemaakt van koemelk die verhit en vervolgens afgekoeld is. De melk wordt verhit tot een temperatuur van 88 graden F, waarna een bacteriecultuur wordt toegevoegd. Deze cultuur zorgt ervoor dat de melk melkzuur vormt, waardoor de melkeiwitten kunnen stollen. De gestolde melk wordt vervolgens in kleine stukjes gesneden en geroerd tot het een dikke slurry vormt. Het mengsel wordt dan verwarmd tot een temperatuur van 190 graden F en laat het ongeveer een minuut koken voordat het in vormen wordt gegoten. De vormen worden vervolgens gekoeld, waar de kaas nog twee dagen verder rijpt.